De visitekaartjes van Amsterdam

Eigenlijk staat onze wieg in het hart van de hoofdstad. We schrijven 1883 als de sierlijke Blauwbrug de oevers van de Amstel verbindt. Het historische kunstwerk is de eerste samenwerking van de aannemers Van Hattum en Blankevoort. Met elkaar en de stad. Van die klassieker van toen tot de (water)werken van vandaag: al een kleine anderhalve eeuw werken we in, met en voor Amsterdam aan de visitekaartjes van de stad.

Sander Lodder stalt de bedrijfsfiets onder het Beursplein. Even later verschijnt ook Marten Klein uit de mond van de fietsparkeergarage. ‘Ik moet je een compliment maken van mijn collega’, begroet het directielid van het Ingenieursbureau voor Amsterdam onze vestigingsdirecteur, terwijl hij zijn sjaal van zijn hals zwaait: ‘Jullie zijn op het project IJboulevard geselecteerd vanwege jullie technische skills. Hij zegt dat hij dat dagelijks ervaart.’

Samenwerkingsbokaal

Het decor van de ontmoeting is niet toevallig. ‘Dit project staat voor mij voor de kwaliteit, het lef en de opgave op het gebied van leefbaarheid en mobiliteit waar je in Amsterdam altijd mee te maken hebt’, licht Sander toe. Het leverde projectleider Paul Beljaars zelfs een heuse Samenwerkingsbokaal van de gemeente op. Het is bijna onwerkelijk. Waar nog geen 5 jaar geleden een blikken jungle vol fietsen was, heerst nu een bijna onwerkelijke oase van rust. ‘Ik heb ze zelfs al een keer een balletje zien trappen’, vertelt Sander. ‘Tijdens de opening kwam een ondernemer ons namens de hele buurt bedanken. Dan merk je echt dat je het plein aan de stad teruggeeft.’ Marten knikt: ‘Jij zegt teruggeeft. Ik denk zelfs dat je het geeft. Er was opeens een plein.’

Tanden in uitdagingen

Een ondergrondse fietsparkeergarage. Met de uitstraling van de Bijenkorf en zo min mogelijk hinder en ritten. De uitdaging op het Beursplein paste op een A4tje. Marten: ‘We hebben in Amsterdam goed gedefinieerd hoe we de openbare ruimte willen inrichten. Bij elk project maken we de afweging wat de juiste vorm is. Gesloten vragen lenen zich voor standaardwerk. Maar een postzegel in het hart van de stad is een special met een hele andere dynamiek. Bij dit soort complexere projecten stellen we graag een open vraag. Wij willen natuurlijk geen onoverkomelijke risico’s in de markt introduceren. Maar we laten ons graag verrassen door aannemers die met innovatieve oplossingen en beheersbare risico’s langs het randje durven gaan.’ En dat is waar onze collega’s in beeld komen: ‘Als het uitdagend wordt, zetten wij graag onze tanden erin’, verzekert Sander. ‘Dan maken onze slimme vrouwen en mannen en eigen vakmensen heel graag het verschil. Een team om oprecht trots op te zijn.’

Stoer werk…

Marten herinnert zich de bouw nog goed: ‘Ik heb met plezier een half uurtje naar het drukken van de damwanden staan kijken. Een lastig stukje. Maar dat had waarschijnlijk niemand door. Het team werkte in alle rust tot het lukte. Dan zie je dat er goed werk wordt geleverd. Van Hattum en Blankevoort is een technisch competente partij die dit soort werk aan kan. Weet je wat het mooie van dit soort projecten is? De functionaliteit voor de stad. Neem de opdracht voor de fietsparkeergarage onder het IJ en de aanvaarbescherming. Stoer werk met echte stedelijke toepassingen.’ Natuurlijk zijn er ook altijd de nodige verbeteringen mogelijk in de samenwerking. Marten: ‘Als er bijvoorbeeld dinsdag een probleem is, dan horen we dat ook graag dinsdag. Dat het niet meegenomen wordt naar binnen om eerst op te lossen.’ ‘Dat is wel een leerpunt voor ons’, erkent Sander. ‘Vanuit ons verantwoordelijkheidsgevoel hebben we de neiging om direct een oplossing te zoeken.’

‘Klagen bij Marten’

Tijdens de marktdag van de gemeente liep onze opdrachtgever rond met een bordje. ‘Daar stond ‘Klagen bij Marten’ op. Een knipoog, maar wel met een serieuze ondertoon. Omdat je in zo’n ongedwongen setting goed ontdekt wat je partners dwars zit. Wat is eigenlijk jullie grootste klacht?’, vraagt Marten terwijl hij zich naar Sander draait. ‘Het mag allemaal wel wat sneller soms’, ervaart onze vestigingsdirecteur. Marten heeft er begrip voor: ‘Daar kunnen wij misschien wel een betrouwbaardere partner in zijn. Tegelijkertijd hebben dingen in een complexe ambtelijke organisatie met verschillende beslislagen ook wel eens tijd nodig.’ Sander: ‘Deel ook gerust jullie eigen onzekerheden daarin. Dit weten we wel. Dit weten we nog niet. Daarin kunnen we elkaar wellicht nog iets beter vinden.’

In elkaar verdiepen

Het belangrijkste is volgens de partners om open met elkaar in gesprek te blijven: ‘Corona heeft een beetje roet in het eten gegooid. Want anders kom je elkaar ook gewoon live tegen. Maar het is goed om van elkaar te weten hoe je werkt. Dat je oog en begrip blijft houden voor elkaars belangen. En je daar ook in verdiept. Vaak verschillen die belangen niet eens zo heel veel. Uiteindelijk willen we allemaal hetzelfde eindresultaat: een geslaagd project met een vlotte uitvoering.’